Aangepast zoeken

donderdag 12 november 2009

WinSpelling op Eduforce tv!

WinSpelling is het nieuwste interactieve spellingprogramma van Eduforce. Leerlingen kunnen ermee oefenen en toetsen; de leerkracht houdt eenvoudig de resultaten bij in een duidelijk resultatenoverzicht - meteen wordt duidelijk waar de leerling extra instructie nodig heeft of waar het juist extra goed gaat. Meer informatie vindt u op www.eduforce.nl.




Zorgverbreding - goed voor elkaar

In 2004 verscheen bij uitgeverij Eduforce de map Zorgverbreding, goed voor elkaar. Dit programma wil, zoals de ondertitel het zegt, de kwaliteit van de zorg voor de leerling 'goed voor elkaar' krijgen en houden. De inleiding geeft perfect de visie weer van waaruit dit programma is uitgedacht. Daarom dit citaat:

Alle (teamleden van) scholen voor primair onderwijs willen dat hun school zo goed mogelijk draait. Alle (teamleden van) scholen voor primair onderwijs willen de zorg voor leerlingen zo goed mogelijk regelen. Veel aspecten zijn daardoor ook al goed geregeld. Vanzelfsprekend wil men dat zo houden.

Er zijn ook aspecten van de zorg voor de leerling die (nog) beter geregeld kunnen worden. Dat kan de zorg dan verbeteren/verbreden. Eén - zo niet het belangrijkste - aspect bij de zorg voor leerlingen is dat de school zo adaptief mogelijk werkt. Daarvoor is het nodig dat er afgesproken wordt hoe een aantal zaken geregeld en gedaan worden. Om adaptief te werken moet men iets regelen en moeten alle betrokkenen wat doen (blz.6).

De centrale vragen in dat proces zijn:

  • Wat moet er gedaan of geregeld worden?
  • Wie doet wat?
  • Wat is de stand van zaken ten aanzien van alle taken?
  • Welke taak krijgt prioriteit?

Deze taken, of liever de goed uitgevoerde taken zijn indicatoren van de kwaliteit van de zorg. Om deze kwaliteit op peil te houden, moeten deze taken opgenomen zijn in een systeem van kwaliteitszorg. Met het programma Zorgverbreding, goed voor elkaar kan de school de kwaliteit van de uitgevoerde taken en dus de kwaliteit van de zorg, bewaken. Hiervoor reikt het een stappenplan aan dat snel kan uitgevoerd worden door de directeur met hulp van de interne begeleider, voor Vlaanderen dan de zorgcoördinator. Het stappenplan op zich bevat 10 stappen.

Binnen deze stappen neemt het persoonlijk ontwikkelingsplan van de betrokkenen een belangrijke plaats in. Op basis van hun evaluatie van de aan hun toevertrouwde taken stellen ze een plan op dat hen moet toelaten om zich verder te bekwamen. Daarbij geven ze aan wat de prioriteiten zijn. De school stelt hen, na goedkeuring en eventuele aanpassing van het ontwikkelingsplan, de nodige tijd en middelen ter beschikking om het plan uit te voeren.

De meerwaarde van deze map ligt niet alleen in het aangeboden programma en de cd-rom waarmee alles elektronisch kan geregistreerd worden, maar ook in de bijlagen met de suggesties voor de taakverdeling en het opstellen van een ontwikkelingsplan en de dertig concrete voorbeelden.

Uit de suggesties voor de taakverdeling blijkt dat er op de zorgzame school heel wat taken zijn op uiteenlopende domeinen. Deze domeinen zijn:

  • het overleg tussen de zorgcoördinator en de directeur
  • het overleg tussen de zorgcoördinator en de taakleerkracht
  • de zorgverbreding in de klassen
  • het zelfstandig werken
  • het beleid
  • de informatie over de zorgverbreding
  • het leerlingvolgsysteem
  • de leerlingbespreking
  • het gebruik van interne procedures
  • de ondersteuning van de leerkrachten
  • de uitbouw van een orthotheek
  • het gebruik van de orthotheek
  • de contacten met externe deskundigen
  • de ontwikkelingsplannen zorgverbreding
  • samenwerkingsverband Weer Samen Naar School (niet relevant voor Vlaanderen)

Uit de tweede bijlage met de suggesties voor het opstellen van een ontwikkelingsplan blijkt duidelijk dat men de oplossing voor een minder goed uitgevoerde taak niet altijd heel ver moet gaan zoeken. De suggesties variëren dan ook van het gebruiken van standaardformulieren voor overlegverslagen over het gebruik van een sociale kaart van de regio of het opstellen van een toetskalender naar het volgen van externe vorming.

Persoonlijk vind ik dit een zeer krachtig instrument om de zorgverbreding op school zo goed mogelijk te organiseren. Niet in het minst omdat alles geëxpliciteerd wordt: geen onuitgesproken verwachtingen, geen veronderstellingen dat iemand iets zal doen, geen veronderstelde competenties of bekwaamheden, maar concrete informatie. Zowel het proces als het 'product' van de zorgverbreding wordt aandachtig bekeken. Voor alle betrokkenen is dit programma een aanzet tot zelfreflectie op basis van de toegewezen taken. Dit komt niet alleen de professionalisering van elk teamlid ten goede, maar ook de motivatie om er iets aan te doen. Men stelt immers zelf zijn ontwikkelingsplan samen en krijgt daarvoor, na goedkeuring, de tijd en de middelen voor om het uit te voeren. Tegelijk biedt dit programma de mogelijkheid om de kwaliteit van de zorg te borgen, niet in het minst door het opstellen en bewaken van de jaarplanning. De gegevens kunnen elektronisch verwerkt worden met het programma op de meegeleverde cd-rom. Dat is een groot voordeel. Hierdoor blijft het overzicht op elk moment behouden.

Dit programma werd trouwens door het Nederlandse Q*Primair beoordeeld als het beste in zijn soort.

Auteur: Thijs Radersma & Duco Creemers
Titel:
Zorgverbreding - goed voor elkaar
Uitgeverij: Eduforce
Plaats: Drachten
Jaar: 2004
Uitvoering: map, 107 pagina's + cd-rom
ISBN-13:
978-90-76838-27-4
Prijs: € 138,50

© Lieven Coppens, http://boeketje-onderwijs.skynetblogs.be/

Wat is dyslexie?

Psycho-educatie dyslexie
Wie de diagnose krijgt van een stoornis, heeft nood aan uitleg en informatie. Ook bij dyslexie is dit belangrijk. Zo vermijd je verkeerde conclusies zoals 'Ik ben dom' of 'Ik heb niet goed opgelet'. Het helpt de betrokkene om alles in het juiste perspectief te zien. Het motiveert hem voor de behandeling. Het vergemakkelijkt de aanvaarding. Dit proces van uitleg en informatie geven, heet psycho-educatie.


Het is voor veel leerkrachten nog niet zo duidelijk hoe psycho-educatie werkt. Daarom heeft uitgeverij Eduforce een werkboekje op de markt gebracht voor kinderen uit de basisschool. Elke bladzijde ervan gaat over één thema. In de handleiding voor de begeleider (leerkracht, zorgcoördinator, ...) staat per bladzijde van het werkboekje beschreven wat het doel is en hoe de begeleider het thema het beste aanbrengt. Deze thema's zijn:
  • Wat is dyslexie?
  • Hoe leer je lezen als je dyslexie hebt?
  • Hoe herken je dyslexie?
  • Hoe krijg je dyslexie?
  • Hoe werken jouw hersenen als je dyslexie hebt?
  • Ben je een spellende of radende lezer?
  • Welke extra hulp kun je krijgen?
  • Waar moet ik bij het lezen op letten?
  • Wat betekent het voor mij?
  • Wat kan ik goed?

Bij elk thema krijgt het kind eerst een kort woordje uitleg. Daarna maakt het de koppeling naar de eigen situatie.

Aan het einde van dit traject kan de leerling zijn kennis over dyslexie toetsen. Daarvoor bevat de map een korte vragenlijst. Het kan eveneens oplijsten wat de eigen hulppunten zijn. Tot slot moedigt het werkboekje het kind met dyslexie aan om de klasgenootjes mits een spreekbeurt in te lichten. Het geeft daarvoor een lijst met kindvriendelijke websites waar er meer informatie te vinden is.

Deze map is niet bedoeld voor ouders. Het is de bedoeling dat iemand die professioneel werkt met kinderen met dyslexie het werkboekje samen met het kind doorwerkt. Deze professionele begeleider moet wel voldoende kennis bezitten over dyslexie.

Deze map is zeer waardevol. Ze brengt een concrete invulling van het begrip 'psycho-educatie'. Tegelijk kan de opgenomen methodiek model staan voor de al even noodzakelijke psycho-educatie bij kinderen met een andere stoornis. Zeer warm aanbevolen!

Auteur: Sanne Nonhebel & Thea Vogelaar
Titel:
Wat is dyslexie? Psycho-educatie dyslexie
Uitgeverij: Eduforce
Plaats: Drachten
Jaar: 2007
Uitvoering: map, 17 pagina's + werkboekje en kopieerbladen
ISBN-13:
978-90-76838-47-2
Prijs: € 38,50

© Lieven Coppens, http://boeketje-onderwijs.skynetblogs.be/